Sometimes it feels like Bob Dylan says: "I practice a faith that's long been abandoned, ain't no altars on this long and lonesome road"

Translate this website

Visitors to this website today: 73Total number of visitors to this website: 666796
Welcome to the website of Kees de Graaf
Kees de Graaf keesdegraaf.com
 
images[1].jpg

Vaker avondmaal vieren?


Ergens las ik het volgende voorstel: laat kerkenraden de gemeente oproepen om in de viering van het avondmaal haar eenheid zichtbaar te maken. Dat is zeker een goede zaak. Tevens werd voorgesteld om het aantal vieringen uit te breiden naar 10 zondagen per jaar. Je zou zeggen: wie kan met deze uitbreiding niet blij zijn? Toch heb ik, als ik daar verder over nadenk, wat aarzelingen. Ik probeer aan die aarzeling stem te geven in het volgende verhaaltje waarin ik u vraag een mooie bos bloemen te vergelijken met het avondmaal. Een mooie bos bloemen kan een zichtbaar teken zijn waarin je uiting geeft aan je hartelijke liefde en trouw voor je geliefde. Nu gaat het om een vergelijking die natuurlijk lang niet op alle punten klopt. Het avond maal is veel meer dan een bos bloemen. Het gaat om het punt dat ik er mee wil maken en ik hoop dat het aan het einde duidelijk is wat ik probeer te zeggen. Het gaat om het volgende verhaaltje:

Ze waren zo goed begonnen aan hun huwelijk. Ze maakten voldoende tijd vrij om met elkaar te praten. Dat waren gesprekken van hart tot hart en op gezette tijden. Dat hadden ze nodig om de vlam van de liefde brandende te houden. Toen kwam er langzaam een kink in de kabel. Zijn dagelijks werk begon hem steeds meer op te slokken, ook in de avond uren en de weekenden. Dan had hij ook zijn hobby’s. Die slokten ook best veel tijd op. Avond na avond was hij op pad. Voor gesprekken samen kwam steeds minder ruimte. Ze begonnen langzaam van elkaar te vervreemden. Ze spraken elkaar nog nauwelijks écht. Hij wist wel dat dit niet goed was. Maar meer tijd voor haar vrij maken, daar kwam gewoon niet van.  Toen dacht hij: “Weet je wat?, ik koop voor haar een mooie bos bloemen om het goed te maken”. Dat kwam goed bij haar over. Ze dacht: “Gelukkig, hij houdt nog steeds van mij, misschien wil hij voortaan weer meer tijd voor mij vrij maken”. Maar dat gebeurde helaas niet. De bloemen bleven wél komen, steeds vaker zelfs. Maar hem zag ze steeds minder. Op laatst zeiden haar die bloemen niets meer. Ze begon er zelfs een afkeer van te krijgen. Ze wilde niet afgekocht worden. Totdat er zelf een moment aanbrak dat ze de bloemen terug slingerde in zijn gezicht. Ze zei: “Hou op met het schenken van die bloemen, wordt het niet  tijd om eerst eens echt  met elkaar te gaan praten?”.

Wie goed om zich heen kijkt, ziet dat ook in het gezin en de kerk steeds minder echt met elkaar gesproken wordt. In het ND van 23 januari jl. las ik dat we volgens Maarten Dekker in een geestelijke crisis leven. Hij zei: ‘De crisis is zo ernstig dat de geloofsoverdracht in de gezinnen al mislukt. Catechisatie is daarom een hoogst missionaire bezigheid. Er is ongeloof in gezinnen en kerken, en daar heeft de kerk al genoeg aan”. Dekker noemde als oorzaak voor de leegloop van de kerken in West Europa onder meer het verdwijnen van het besef van ‘eeuwigheidsdimensie’’. Veel gelovigen, aldus Dekker, beseffen niet dat geloven een kwestie van leven of dood is. ‘Daardoor zijn we ons gaan richten op het leven hier, op Amnesty en goede chocolade. Dat is secularisatie. Het gaat in de kerk primair om Christus’. (Ik ben het overigens niet met Dekker eens dat we door die secularisatie in eigen kring niet meer naar buiten gericht zouden moeten zijn, maar daar gaat het mij nu niet om.)

In het gezin en de kerk wordt steeds minder echt met elkaar gesproken, stelden we. Dit proces begint in het gezin en zet zich voort in de kerk en wordt daar zichtbaar. Willen we die trend ombuigen, dan moet dat beginnen in het gezin. Ik zeg er maar meteen bij: dat kunnen we niet in eigen kracht, we zullen erom moeten bidden.
Wat bedoelen we als we zeggen dat er ook in de kerk niet echt met elkaar wordt gesproken? Dit: God nodigt ons in elke eredienst uit voor een gesprek. Dat doet Hij door Zijn Woord tot ons te richten. Wij, de gemeente, geven daarop antwoord. Zo ontstaat er een gesprek van hart tot hart. Daardoor wordt de vlam van de liefde brandende gehouden en versterkt. Maar wat blijkt helaas? Een steeds groter wordende groep gemeenteleden heeft hieraan in steeds mindere mate een boodschap. De toewijding begint te haperen en het gevolg is maar al te vaak dat het kerkbezoek steeds slordiger wordt. Zo heeft meer dan de helft van de gemeente geen behoefte meer aan een tweede kerkdienst. Bij de slager krijg je soms te horen: ‘Mag het ook wat meer zijn? ’Kerkleden hoor je steeds vaker zeggen: ‘mag het ook wat minder zijn?’. Bij de slager mag je gerust ‘Nee’ zeggen maar in de kerk ligt dat toch een heel stuk anders, als God daar iets van ons vraagt heeft een ‘neen’ van onze kant altijd consequenties. Jammer is het dat de hele discussie over het kerkbezoek dan ook veelal in de sfeer van het ‘moeten’ terecht gekomen is, terwijl het toch om een ‘mogen’ gaat. Je hoort mensen wel eens zeggen: ‘als het moet dan hoeft het voor mij niet meer’. Denk je dat het bij God anders is? Met Hem valt niet te marchanderen, ten diepste is het bij Hem alles of niets. En dat komt omdat Hij alles voor ons wil zijn.

In de economie wordt er soms geld bij gedrukt terwijl er geen onderliggende waarde is. Dat heet inflatie. Het gevolg is dat je met hetzelfde geld steeds minder kunt kopen. Is het niet zo dat als je vaker avondmaal gaat vieren zonder dat daar een groei aan onderliggende waarde onder zit, het avondmaal inflateert? Wordt het avondmaal dan niet van minder waarde, vervlakt het niet? Als dat zo is, dan kan het net zo gaan zoals met die mooie bos bloemen. Het zegt op den duur niets meer. Om dit te voorkomen lijkt het mij nodig dat er eerst gewerkt wordt aan de groei van de onderliggende waarde. Daar is veel gebed en moed voor nodig. Moed om elkaar aan te spreken op je toewijding aan de Heer. Maar die hernieuwde toewijding begint in de gezinnen. Daar moet weer echt met elkaar worden gesproken.
Moet het niet zo zijn:  Als we iets te vieren hebben bouwen we een feestje. Als we iets extra’s te vieren hebben bouwen we een extra feestje?
De vraag die ik wil stellen is deze: Kan het avondmaal functioneren als een zelfstandige aanjager van de toewijding aan de Heer? Met ‘zelfstandig’ bedoelen we: los van de groei van het Woord en toewijding van de gemeente aan de Heer. Als dat zo is zouden we elke week avondmaal moeten vieren.



 

 

 

.

 Go back
Published on: 26-01-2013 15:12:30

Click this link to respond to this article

De vergelijking met de bos bloemen gaat inderdaad niet helemaal op, maar geeft m.i. wel goed de essentie weer van het bouwen aan een relatie met je Heer. Ik ben het dan ook met je eens dat meer avondmaal vieren, het heilig avondmaal genoemd, geen doel op zich mag worden. Liever zou ik een intensievere bezinning willen als aanloop naar de avondmaalsvieringen die we nu hebben, bijv. 2 weken van voorbereiding met teksten die je zelf thuis kunt lezen.

Reageer

Roel Hopman10-02-2013 16:31

Write your response in the box below